Program officer bij de Nederlandse organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO)

Wieke Haakma, program officer bij NWO

Wieke Haakma werkt als program officer bij de Nederlandse organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO). Hiervoor deed ze een PhD aan het Department of Forensic Sciences & Comparative Medicine in Aarhus (Denemarken) en de afdeling Radiologie van het UMC Utrecht.

Hoe ben je bij NWO terechtgekomen?

“Ik studeerde af op de afdeling Kinderurologie van het Wilhelmina Kinderziekenhuis (WKZ) in Utrecht. Hierbij deed ik een zijproject in Denemarken en de professor vroeg of ik interesse had in een internationale PhD waarvoor ze een subsidie hadden gekregen. In samenwerking met de afdeling Radiologie in het UMC Utrecht ben ik gaan promoveren en dit leidde tot twee promoties: één in Nederland en één in Denemarken. Na mijn promotie adviseerde een professor om te gaan praten met een kennis die bij NWO werkte. Dit was een heel leuk gesprek waardoor ik ben gaan solliciteren en nu werkzaam ben als Program Officer bij NWO.”

 

Wat is je rol en wat zijn je taken?

“Als program officer zet ik mij in en ondersteun ik het proces om wetenschappelijk onderzoek tot toepassing te laten komen, met als doel zichtbare impact voor de maatschappij. Ik breng onderzoekers en consortia samen en betrek stakeholders bij projecten. In mijn portfolio zitten projecten op het gebied van medische technologie en ik werk daarbinnen met bedrijven, clinici, patiënten, maar ook maatschappelijke organisaties en bijvoorbeeld provincies of gemeentes. Het mooie van deze samenwerkingen is dat iedereen een andere invalshoek op het onderzoek heeft en zo elkaar kan versterken.”

“Ik heb twee hoofdtaken. Wij hebben verschillende subsidieprogramma’s, waar het ‘Open technologie programma’ er één van is, waar onderzoekers een aanvraag voor kunnen indienen. Dit gaat om technisch en toegepast onderzoek, zoals medische technologie, energie, planten of cyber security, waarbij het gebruik van deze technologie in de toekomst (waar wil je nu impact op maken) centraal staat. Mijn taak is om dit hele proces van indienen tot het toekennen van de subsidieaanvraag te ondersteunen en te faciliteren, denk aan het zoeken naar referenten, experts uit het veld, maar ook het samenstellen van een beoordelingscommissie en het houden van interviews. Daarnaast komen er ook specifieke vragen binnen, bijvoorbeeld van ministeries. In opdracht van het ministerie van VWS hebben we een subsidieoproep op het gebied van ontwikkeling van nieuwe vormen van antibiotica uitgezet. Wij stellen dan de thematische focus en randvoorwaarden van deze aanvraag op; mijn rol is om  de beleidsvraag van het ministerie naar een onderzoeksvraagstuk te vertalen.”

“Mijn andere hoofdtaak is het geven van actieve begeleiding aan projecten na het toekennen van de subsidie. Bij NWO vinden wij het belangrijk dat de resultaten van het onderzoek niet op de plank belanden en dat onze financiering impact heeft op mens en maatschappij. Wij organiseren daarom voor elk onderzoeksproject dat wij financieren twee keer per jaar een bijeenkomst waar de betrokken onderzoekers en stakeholders samenkomen. In deze bijeenkomst wordt gezamenlijk bepaald wat het consortium wil bereiken en wat ze moeten doen om daar te komen. Als je bijvoorbeeld een therapie wilt ontwikkelen, gaat dat een enorme verandering teweeg brengen in de organisatie van de zorg; richtlijnen moeten aangepast worden en ook de zorgverzekeraar moet voorbereid zijn hiervoor te betalen. Het is wenselijk om al vanaf de start van het onderzoek samen met het consortium daarover na te denken. Hierdoor kun je ook beter bepalen wat de uitkomsten van je onderzoeksproject moeten zijn en welke industriële of maatschappelijke partijen je moet betrekken en op welk moment. Bij de projecten zijn verschillende organisaties betrokken, zoals technologiebedrijven, ziekenhuizen, zorgverzekeraars of bijvoorbeeld gezondheidsfondsen met allemaal andere belangen.“

 

Wat doe jij op een gemiddelde werkdag?

“Ik ben veel aan het bemiddelen. In de gebruikerscommissie zitten verschillende mensen met verschillende achtergronden en expertises, waaronder ook patiënten. Ze moeten als groep samen iets bereiken en dragen ieder individueel ook iets bij; sommigen in manuren of in materiaal, anderen in kennis of in geld. Ik vraag de onderzoekers te vertellen over hun onderzoek, waar ze tegenaan lopen en wat ze uiteindelijk denken nodig te hebben om het einddoel te bereiken. Op die manier kan je elkaars expertises gebruiken om gezamenlijk verder te komen. Mijn taak is om dit proces te begeleiden en díe vragen te stellen waardoor de inhoud voor alle stakeholders te volgen is en er over toepassing van de resultaten gesproken wordt. Zo’n bijeenkomst is dus geen standaard wetenschappelijk bijeenkomst waar je enkel de wetenschappelijke resultaten met elkaar bespreekt. Het vormgeven van zo’n meeting kan soms best lastig zijn, je wilt een zo compleet mogelijke groep om te bereiken wat je wilt, soms zit je dan met heel veel stakeholders aan tafel. Het is dan een hele uitdaging om alles voor iedereen begrijpelijk te maken én eruit te halen wat je eruit wilt halen.“

 

Wat is terugkijkend de grootste meerwaarde van je TG-ervaring voor je huidige werk?

“Wij zijn opgeleid om zowel de taal van de arts als die van de ingenieur te spreken en te begrijpen, waardoor we de medische aan de technische wereld kunnen verbinden. Hierdoor snap ik vaak de essentie en begrijp ik zowel wat clinici als wat technici zeggen. De disciplines willen vaak allemaal hetzelfde, maar door een andere achtergrond praten ze soms langs elkaar heen of begrijpen elkaar niet. Mijn TG achtergrond helpt om weer over hetzelfde te gaan praten, om te verbinden en het onderzoek verder te brengen.”

 

Waar ben je trots op in je baan?

“Ik heb een onderzoeksprogramma opgezet om kansrijke medisch technische ontwikkelingen makkelijker naar de markt te brengen, waardoor we een bijdrage kunnen leveren aan het probleem rondom bemensbare en  betaalbare zorg. Het doel van dit programma is om de transitie van prototype naar praktijk te kunnen maken. Ik wil graag mijn steentje bijdragen om kansrijke innovaties met soms een wat hoger risico, waardoor hier nog niet direct in geïnvesteerd wordt, meer kans te geven om door te geleiden naar de markt.”

 

Wat is het belangrijkste wat je geleerd hebt na je opleiding? Heb je tips voor andere TG’ers?

“Iemand vroeg mij laatst welk pad je moet bewandelen om een hoge positie bij een bedrijf te bereiken. Ik denk altijd; het maakt niet uit wat je doet, zolang je maar doet wat je leuk vindt. Doe vooral iets waar je energie van krijgt, want je moet het de hele dag doen, 5 dagen in de week. Het helpt om ergens te werken waar je de ruimte krijgt om te doen waar je blij van wordt, dat is voor mij belangrijker dan continu bezig te zijn met waar je over 20 jaar wilt staan.”

 

Ben je door buiten een ziekenhuis te werken anders naar de ziekenhuizen gaan kijken?

“Vanuit mijn huidige positie ben ik nog steeds veel in ziekenhuizen te vinden, maar dan natuurlijk in een andere context. Toen ik in het ziekenhuis werkte was ik heel gefocust bezig met één onderwerp. Nu tref ik veel verschillende projectgroepen die zich allemaal op verschillende technologische innovaties voor de zorg richten. Ik merk dat bij het ontwikkelen van technologie meer komt kijken dan alleen het doen van onderzoek. Ik tref nu ook afdelingen als juridische zaken, of een ‘knowledge transfer office’ allemaal gealloceerd in ziekenhuizen en allemaal leveren ze een bijdrage aan technologie ontwikkeling. Dat heeft mijn blik wel verruimd.”

 

Wil je ooit terug naar kliniek?

“Ik merk dat ik het heel leuk vind om van heel veel dingen een klein beetje te weten, want dan kan je makkelijk verbindingen leggen. Daar ben ik beter in dan in van één ding heel veel te weten. Ik zie me niet zo snel expert in ziekenhuis worden op een bepaalde technologische toepassing. Ik ben breed geïnteresseerd en wil graag verder in procesmanagement, maar ik sluit niets uit.”

Lise de Jonge

Lise de Jonge is leidinggevende van de afdeling ‘Technologie voor Gezondheid en Zorg’ waarin Wieke werkzaam is.

Lise de Jonge, NWO

“Wieke heeft met de jaren veel kennis vergaard over het medisch technologisch onderzoek dat in Nederland plaatsvindt en een groot netwerk opgebouwd binnen het MedTech innovatie-ecosysteem. Wieke deelt haar opgedane kennis en ervaringen met de afdeling, net zoals de andere program officers die in de afdeling werkzaam zijn, zodat we gezamenlijk een goed beeld blijven houden van het medische technologielandschap. En daarmee kunnen acteren op ontwikkelingen die wij zien middels o.a. het initiëren en opzetten van nieuwe onderzoeksubsidieprogramma’s, het verbinden van verschillende partijen (bijv. overheid, wetenschap en bedrijfsleven) of het bijdragen aan kennis- en innovatieagenda’s.

 

Wat is de meerwaarde van een TG binnen NWO?

Er werken meerdere program officers in onze afdeling met een TG-achtige achtergrond. De rol van program officer is hen op het lijf geschreven. Mensen met een TG achtergrond hebben een brede kennis op het gebied van medische technologie. Ze kunnen zich verplaatsen in zowel de ingenieurs als de clinici, en zijn in staat de verbinding te maken tussen deze twee groepen. Bovendien bewegen zij zich gemakkelijk op het grensvalk van wetenschap, overheid en bedrijfsleven, het vlak waarop wij als organisatie vaak opereren. De combinatie van bovenstaande kwaliteiten maakt dat we graag nieuwe collega’s met een TG-achtergrond aantrekken.”

 

Hoe worden TG binnen het bedrijf ingewerkt?

“Elke nieuwe medewerker krijgt een persoonlijk inwerktraject, waarbij je al doende de kneepjes van het vak leert kennen. Daarnaast biedt de NWO Academy, toegankelijk voor alle werknemers en toegespitst op eenieders functie, verschillende kennisinhoudelijke opleidingen. Daarnaast heeft NWO voor iedere werknemer een persoonlijk budget beschikbaar voor eventuele extra opleiding.”

Wieke Haakma, program officer bij NWO
Wieke Haakma
Technisch Geneeskundige
Lise de Jonge, NWO
Lise de Jonge
Leidinggevende afdeling 'Technologie voor Gezondheid en Zorg’
Scroll naar boven